250 gram zijdentofu
100 ml zoete aardappelmeel
30 gram maizena
snufje zout
75 gram rietsuiker
1 zakje vanillesuiker
60 gram vloeibare margarine
300 ml sojamelk
300 gram diepvrieskersen (bv AH)
De clafoutis, een Frans nagerecht van een soort pannenkoekbeslag met kersen, wordt oorspronkelijk bereid met eieren, melk, bloem en suiker. De substantie is eerder omelet- dan cakeachtig. Het ei is in deze plantaardige versie vervangen door de zeer zachte zijdentofu, te koop bij de toko en in sommige natuurvoedingszaken. Verdraag je geen tarwe/gluten, dan is zoete aardappelmeel, te koop bij Holland & Barrett, hier een mooi alternatief.
Het heeft een wat typische – maar niet onaangename smaak – en geeft een zeer mooie zonnige kleur aan je baksels. Wel heeft het (ten opzichte van tarwe) relatief véél vocht nodig om een mooi beslag te maken.
Ik gebruikte diepvrieskersen, maar je kunt natuurlijk - zeker in deze tijd - zelf ook 500 gram verse kersen ontpitten! Het baksel wordt dan wel wat vochtiger. Clafoutis serveer je lauw/warm na het bakken, maar op kamertemperatuur is hij ook erg lekker!
Verwarm de oven voor op 170°graden en vet een niet te grote ovenschaal (ca 20 x 28 cm) in met wat zonnebloemolie of vloeibare margarine. Meng in een keukenmachine, blender of met een elektrische mixer de eerste 7 ingrediënten, van (uitgelekte) tofu tot en met margarine. Roer nu beetje bij beetje de sojamelk erbij tot een mooi beslag ontstaat. Doe het beslag over in de ingevette ovenschaal en verdeel de (bevroren) kersen erover. Druk ze wat naar beneden en bak de clafoutis in 50 minuten gaar in het midden van de oven. Een houten prikker moet er schoon uitkomen. Laat wat afkoelen en bestrooi eventueel met poedersuiker voor het opdienen.
Variatie met tarwe:
Met tarwe verandert zowel de receptuur als de baktijd, voor eenzelfde resultaat. De verdere bereiding blijft gelijk.
Neem 125 gram tarwebloem in plaats van 100 gram zoete aardappelmeel en gewone, in plaats van rietsuiker. Je hebt nu maar 175 ml sojadrank nodig (ipv 300ml). Bak 60 minuten!
Foto: Petra Schuster