Previous Page  2 / 7 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 2 / 7 Next Page
Page Background

Marjan van Ravenhorst

foto Janeczka Milton

Half december treedt een nieuwe Europese wetgeving in

werking. Door deze wetgeving moet bij álle voedings-

middelen allergeneninformatie worden gegeven. Niet

alleen op voorverpakte producten in de supermarkt, zoals

we al gewend zijn, maar ook in restaurants, bij bakkers en

slagers, op de markt en zelfs bij webshops die voedings-

middelen aanbieden. Dit heeft een enorme impact voor

deze bedrijven. Maar wat kun je precies verwachten?

Voorverpakt

Allereerst: de nieuwe wetgeving heeft ook betrekking op

voorver-

pakte

producten. Al sinds 2003 staan op het etiket van deze voe-

dingsmiddelen veertien allergenen. Nu komt er een aanvullende

eis. Elk allergeen ingrediënt moet namelijk in een afwijkend letter-

type in de ingrediëntendeclaratie worden getoond. Dus bijvoor-

beeld vet gedrukt of in hoofdletters. Hierbij moet elke allergeen

(zie tabel) een duidelijke benaming hebben. Dus niet ‘arachideolie’,

maar ‘pindaolie’. En niet ‘caseïne’, maar ‘melkeiwit’. Bij ingrediënten

waarbij uit de naam niet duidelijk is welk allergeen het is, wordt

een toelichting gebruikt. Bijvoorbeeld ‘weipoeder (melk)’.

Ken je dieet!

Dat is helder. Maar… de wetgever gaat er ook van uit dat de voed­

selovergevoelige consument goed op de hoogte is van zijn dieet.

Vooral mensen die geen gluten verdragen, moeten extra alert zijn.

Verplichte allergeneninformatie per 13 december 2014

Wat gaat er allemaal veranderen?

Waar gaat het om?

Het is belangrijk om te weten dat bepaalde allergenen onder een

groep

vallen, zoals noten, vis, schaaldieren, en ook glutenbevatten-

de granen. De naam van de groep hoeft niet op het etiket te staan.

De fabrikant is wel wettelijk verplicht om de

specifieke naam

aan te

geven, dus bijvoorbeeld ‘amandel’, ‘zalm’, ‘garnalen’ of ‘tarwe’.

Het ontbreken van de groepsnaam is in de praktijk vooral lastig bij

glutenbevattende granen, waarbij het woord ‘gluten’ niet hoeft te

worden gebruikt. Dat betekent goed lezen en weten welke granen

gluten bevatten (zie tabel).

Daarnaast wordt ervan uitgegaan dat voor iedereen duidelijk is dat

kaas, yoghurt en room van melk zijn gemaakt. Bij deze producten

hoeft het woord ‘melk’ niet extra op het etiket te staan. Ook bij een

lactosevrij dieet moet je alert zijn op deze producten en het woord

‘melk’. Het is niet verplicht het woord ‘lactose’ te noemen

bij een melkbevattend ingrediënt. Sommige fabrikanten geven

deze extra informatie wel, maar het is niet verplicht. Je moet dus

zelf goed blijven opletten!

De 14 allergenen

Toelichting

1. glutenbevattende

granen

tarwe, rogge, gerst, haver, spelt, kamut/

khorasantarwe

2. schaaldieren

garnalen, kreeften, krabben

3. eieren

4. vis

5. pinda

6. soja

7. melk (incl. lactose)

8. noten

amandelen, hazelnoten, walnoten,

cashewnoten, pecannoten, paranoten,

pistachenoten, macadamianoten

9. selderij

alle soorten: bleek, blad, zaad, knol

10. mosterd

11. sesamzaad

12. sulfiet

conserveermiddel in o.a. wijn(azijn),

gedroogde vruchten, gepelde garnalen,

aardappelproducten (E200 t/m E229)

13. lupine

peulvrucht. Het meel van de bonen

wordt gebruikt in brood, koek en

deegproducten

14. weekdieren

schelpen (bijv. mosselen), slakken,

inktvis

Elk allergeen ingrediënt moet in een

afwijkend lettertype in de

ingrediëntendeclaratie staan

Veertien allergenen op voorverpakte levensmiddelen

>

4

Allergie en Voeding december 2014