>
4
Allergie & voeding maart 2017
Wat is FDEIA?
FDEIA staat voor ‘Food-Dependent Exercise-
Induced Anafylaxis’. In het Nederlands noemen
we het ‘voedselafhankelijke inspanningsgeïndu-
ceerde anafylaxie’. Mensen met FDEIA kunnen
anafylactische reacties krijgen als ze zich inspannen
na het eten van een voedingsmiddel waarvoor
ze allergisch bevonden zijn. Zo zijn er verhalen
bekend van sporters die in elkaar zakten tijdens
een marathon en van kinderen die na een pasta-
maaltijd gingen voetballen en op de eerste hulp
belandden.
FDEIA kan in principe door alle mogelijke allerge-
nen worden veroorzaakt. Een vaker voorkomende
variant van FDEIA is WDEIA, waarbij de W staat
voor ‘wheat’ oftewel tarwe. Andere allergenen
die relatief vaak worden genoemd als het om
FDEIA gaat zijn tomaat, schelp- en schaaldieren
en selderij.
Omdat de symptomen van FDEIA soms moeilijk
te herleiden zijn, of omdat de aandoening lastig
onomstotelijk is te bewijzen, is het onduidelijk
hoeveel patiënten met FDEIA er precies zijn. Er is
geen nationale registratie van FDEIA-patiënten in
Nederland.
FDEIA is niet hetzelfde als allergie die verergert
door inspanning. Bij ‘normale’ allergiepatiënten
kan een allergische reactie soms heftiger worden,
bijvoorbeeld als je na het eten van iets verkeerds
snel naar huis rent om je adrenaline-auto-injector
te pakken. Maar bij FDEIA is de inspanning echt
Kan een sprintje een anafylactische reactie oproepen?
Inspanning en voedselallergie
De meeste mensen met voedselallergie reageren direct na het innemen van het voedsel
waarvoor ze allergisch zijn. Maar er is ook een categorie die pas last krijgt van allergenen
nadat ze zich hebben ingespannen, al dan niet in combinatie met andere factoren.
Redactielid Vera Hendriks zocht uit wat inspanningsafhankelijke anafylaxie (ofwel FDEIA)
inhoudt, hoe het (mogelijk) wordt veroorzaakt en waar je terecht kunt met je vragen.
een voorwaarde om een allergische reactie uit te
lokken. Je kunt iets eten zonder ziek te worden, of
je inspannen zonder problemen, maar pas als je
het vlak na elkaar doet, loop je kans op een ana-
fylactische reactie.
Oorzaken
Voor allergologen is FDEIA een flinke kluif, want
oorzaken, symptomen en de tijd tussen inname
en reactie wisselen van patiënt tot patiënt.
En ook kan de reactie per keer verschillen. Soms
eet je, ga je sporten en heb je nergens last van.
Een andere keer kan precies hetzelfde resulteren
in een anafylactische reactie met spoedopname
in het ziekenhuis. Alle vormen van inspanning
kunnen tot een reactie leiden, van hardlopen
tot paadjes harken.
Omdat de reactie per keer zo wisselend kan zijn,
denken allergologen en onderzoekers dat er nog
meer factoren meespelen bij het opwekken van
anafylaxie bij FDEIA-patiënten. Bijvoorbeeld de
omgevingstemperatuur: de overgang van een
koude buitenlucht naar een warme omgeving
kan misschien een rol spelen. Andere factoren
die waarschijnlijk bijdragen aan het uitlokken
van een allergische reactie bij inspanning zijn
allergische aanleg (atopie), hormonale waarden
(vooral bij vrouwen), het innemen van pijnstillers
als ibuprofen of aspirine (NSAIDs), alcohol, de
doorlaatbaarheid van je darm en je weerstands-
niveau.
Definitieve bewijzen voor deze factoren zijn nog
niet gevonden, hoewel er intussen wel een test
bestaat voor omega-5-gliadine (Tri a19), het
belangrijkste allergeen(-component) bij patiënten
met WDEIA. Omega-5-gliadine zit in glutenhou-
dende granen, dus naast tarwe ook in rogge,
gerst en spelt. Overigens zijn veel patiënten
gesensibiliseerd voor omega-5-gliadine, zonder
WDEIA of tarwe-allergie te hebben.
Testen op FDEIA
Er wordt ook in Nederland onderzoek gedaan
naar het hoe en waarom van FDEIA, bijvoorbeeld
door het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam.
Allergoloog Maurits van Maaren en wetenschap-
pelijk onderzoeker Nicolette de Jong hebben
geprobeerd een manier te vinden om patiënten
objectief te testen op WDEIA. Dat deden ze door
vijf patiënten boterhammen (van tarwe) te geven
en ze daarna op een loopband te zetten. De pro-
vocatie was dubbelblind en placebogecontroleerd,
wat betekent dat zowel de patiënten als de onder-
zoekers niet weten of ze echte tarwe binnenkrijgen,
of een product dat erop lijkt. Nicolette de Jong
vertelt: ‘In eerste instantie gebeurde er weinig.
Het bleek dat de hoeveelheid tarwe in de boter-
hammen niet genoeg was. Later hebben we de
boterhammen vervangen door pannenkoekjes.
We merkten daarnaast dat enkele minuten op
een loopband niet voldeed. Het moest echt tot
een hartslag van 120 komen. Elke drie minuten
verhoogden we de hellingshoek en de snelheid.
De meeste patiënten houden dat maar negen tot
twaalf minuten vol. Twee van de vijf keer is het
ons gelukt een reactie op te wekken.’
Aan de hand van deze tests en daaropvolgend
onderzoek ontwikkelde het Erasmus MC een
protocol om FDEIA/WDEIA op een gestandaardi-
seerde manier te kunnen vaststellen. Dat protocol
is nu verspreid onder allergologen en huisartsen.
Toch blijft het onomstotelijk aantonen van de
aandoening lastig, want hoe weet je dat huid-
uitslag niet veroorzaakt wordt door kou?
Of benauwdheid door inspanningsastma?
‘Het verschil zit hem in de combinatie van
symptomen. Een allergoloog kan je helpen
de goede verklaring te vinden’, aldus De Jong.
Alle vormen van inspanning
kunnen tot een reactie leiden,
van hardlopen tot paadjes harken




