Allergie en voeding 2018-2
5 < geplakt. Vooralsnog werkt deze therapie alleen goed bij kinderen. ‘We hopen in de toekomst met bijvoorbeeld een dosisaanpassing de pleister ook geschikt te maken voor volwassenen.’ Een andere methode gaat via de mond. ‘Dat werkt; maar of het een goed langetermijn- effect heeft, is niet zo zeker. Als je de behande- ling stopt, blijft de patiënt dan beschermd? Ik vind ook dat er wel erg veel bijwerkingen zijn bij deze techniek. De kans op allergische reacties is best groot en ze kunnen ook ernstig zijn.’ De sublinguale vorm van therapie (onder de tong) lijkt bij voedselallergie niet erg te lukken: de dosis is te laag om effect te hebben. Er zijn wel minder bijwerkingen; daarom zou het een stap in het proces vóór orale therapie (via de mond) kunnen zijn. Verwachtingen van immuuntherapie zijn té hooggespannen. ‘Mensen denken misschien: dan ben ik van mijn pinda-allergie af. Dat is nog maar de vraag. Waar je waarschijnlijk wel vanaf bent, André Knulst zijn onverwachte reacties bij kleine hoeveel- heden van allergeen die verborgen kunnen zijn in allerlei producten. Dat wil dus niet zeggen dat je gewoon een handje pinda’s kunt eten.’ Van studies naar de markt Het zijn de farmaceutische bedrijven die deze therapieën op de markt moeten gaan brengen. ‘Meestal maken zij de stoffen en gaan dan op zoek naar klinieken om ze op patiënten te testen. De farmaceut die zo’n product op de markt brengt, financiert ook het onderzoek. Dan moet je als ziekenhuis vóór in de rij staan. Het nadeel is wel dat Nederland een klein land is. Niet altijd gaat een studie naar ons land, omdat ze in andere landen sneller meer patiënten kunnen vinden.’ De pindapleister is waarschijnlijk één van de eerste die in Nederland wordt geregistreerd en op de markt gaat komen, vermoedelijk binnen een paar jaar. Pleisters voor koemelk- en kippen- eiallergie zitten nog in de pijplijn. ‘Deze worden alleen getest op kinderen. De komst van pleisters voor volwassenen kan nog lang duren, afhanke- lijk van waar het aan ligt dat ze nu nog niet effectief worden bevonden.’ Injecties, zoals die bij pollen- en insectengif worden gebruikt, kunnen nog niet worden ingezet bij voedselallergie. ‘Wel loopt er een studie waarbij het allergeen is veranderd zodat het minder acute reacties oproept, maar nog wel het immuunsysteem voldoende stimuleert om tolerantie te ontwikkelen. In het UMC Utrecht hebben we meegewerkt aan deze proef met visallergeen. Er blijken weinig bijwerkingen: rood- heid, jeuk en zwelling op de injectieplaats, maar daar bleef het meestal bij.’ Of het ook effectief is, is nog niet duidelijk. ‘Maar het is een mooi concept’, aldus Knulst. ‘Ik ben vol goede hoop dat we binnen vijf jaar één of twee vormen van immuuntherapie op de markt hebben’
RkJQdWJsaXNoZXIy NzkyMjk=