Allergie en voeding 2025-1

KWARTAALBLAD VAN DE STICHTING VOEDSELALLERGIE 1/2025 CHOCOLADEMAKER ARNO RENES ‘Ik wil chocolade toegankelijk maken voor iedereen’ ALLERGISCH IN NOORWEGEN Kamperen bij -150C VRAAG HET DE PSYCHOLOOG Mijn puber wil niet meer praten over zijn allergie

8 ALLERGIE & VOEDING VRAAG HET DE PSYCHOLOOG Hoi Marian, Wat een goede vraag! Allereerst: wat knap dat je deze vraag stelt en dat je open bent over de uitdagingen waar je als moeder tegenaan loopt. Het is een vraag die bij veel ouders speelt, zeker in de jaren waarin kinderen van kind naar jongvolwassene groeien. Sociale contacten worden voor tieners steeds belangrijker en eten is vaak een vast onderdeel van die sociale momenten. Het is niet vreemd dat jouw zoon nu minder met je deelt en probeert zijn eigen weg te vinden. Tegelijkertijd is het volkomen logisch dat jij je zorgen maakt over zijn veiligheid en hoe hij met zijn allergie omgaat. Hoe vind je als ouder de balans tussen zorgen en loslaten? DRANG NAAR ZELFSTANDIGHEID De puberteit is een periode van groei, zowel fysiek als emotioneel. Tieners zijn druk bezig met het ontwikkelen van een eigen identiteit en onafhankelijkheid. Voor jouw zoon betekent dat waarschijnlijk ook dat hij zijn allergie probeert vorm te geven in een leven dat hij zelf inricht. Misschien voelt hij FOTO JAN BUTEIJN ILLUSTRATIE ISTOCK zich beperkt door zijn allergie of wil hij gewoon ‘normaal’ zijn. Hij wil erbij horen en meedoen met zijn vrienden. In de puberteit vindt er dus vaak een verschuiving plaats: als kind ben je afhankelijk van je ouders, maar als puber word je steeds afhankelijker van je vrienden. Het is belangrijk om je ervan bewust te zijn dat deze drang naar zelfstandigheid bij de leeftijd hoort. Tieners zoeken grenzen op, ook letterlijk: ‘Hoe ver kan ik gaan zonder dat het misgaat?’ Hoewel dat spannend kan zijn, is het ook een belangrijke leerfase. Je vraag of je het gesprek moet blijven aangaan of dingen moet loslaten, is heel relevant. Het antwoord is: beide. Het blijft jouw taak als ouder om de veiligheid van je zoon te waarborgen, maar tegelijkertijd is het goed om hem meer verantwoordelijkheid te geven en hem het vertrouwen te geven dat hij verstandige keuzes kan maken. HOE PAK JE DIT DAN AAN? Er zijn een aantal dingen die je zouden kunnen helpen om het gesprek aan te gaan. 1. Bouw aan vertrouwen Laat je zoon weten dat je hem vertrouwt. Dit In gesprek met een puber over allergie Psycholoog Nadine Vousten geeft advies Marian (48): Hoe praat ik met mijn puber over zijn allergie? Ik ben moeder van een zoon van 14. Hij is al zijn hele leven ernstig allergisch voor noten en pinda's. Vroeger konden we daar best goed over praten samen, maar sinds hij in de puberteit zit niet meer. Hij wil niet delen hoe hij er bijvoorbeeld mee omgaat op school en vertelt ons niet over de spullen die hij bij de supermarkt koopt (ze gaan daar in de pauzes met een groepje heen). Hoe kan ik met hem het gesprek openen over zijn allergie? En zeker weten dat hij het juiste doet bij een reactie? Of moet ik het juist loslaten? Soms maak ik me zorgen om zijn toekomst. kun je bijvoorbeeld doen door te benoemen wat hij goed doet. Bijvoorbeeld als je ziet dat hij een etiket bestudeert. Zeg iets als: ‘Mooi om te merken dat jij al zo verantwoordelijk bent. En tegelijk hoop ik dat je het blijft delen als je wel een reactie krijgt, want dat kan natuurlijk altijd gebeuren.’ Hierdoor voelt hij zich gewaardeerd en zal hij eerder geneigd zijn om open met je te praten. 2. Maak het onderwerp bespreekbaar zonder druk Probeer het onderwerp luchtig en informeel aan te kaarten, bijvoorbeeld tijdens een autorit of tijdens het koken. Dit zijn momenten waarop de druk lager is en hij zich meer op zijn gemak kan voelen om te praten. Stel open vragen, zoals: ‘Wat helpt jou om je veilig te voelen met je allergie als je met vrienden bent?’ of ‘Hoe pak je het aan als je niet zeker weet of je iets kan eten?’

9 ALLERGIE & VOEDING 3. Informeer en laat hem keuzes maken Voor tieners is zelfstandigheid heel belangrijk: ze kunnen veel keuzes zelf maken. Als ouder kun je ze hierbij ondersteunen. Niet door te zeggen wat hij moet doen, maar door samen de informatie op te zoeken die nodig is voor het maken van een keuze. Bijvoorbeeld hoe je etiketten leest of hoe je anderen kunt uitleggen wat er gebeurt bij een allergische reactie. Het kan ook nuttig zijn om samen te bespreken en informatie te verzamelen over wat hij kan doen in een noodsituatie. Hoe gebruikt hij bijvoorbeeld een adrenalinepen? En weten zijn vrienden wat ze moeten doen? Dit geeft hem de tools om zelf verantwoordelijkheid te nemen en zo houdt hij controle en regie over zijn eigen leven. Het helpt om hem hierbij vanaf het begin te betrekken, vraag bijvoorbeeld: ‘vind je het fijn om samen te kijken naar…’ LOSLATEN: MAKKELIJKER GEZEGD DAN GEDAAN Loslaten is misschien wel het moeilijkste onderdeel, zeker als het gaat om iets dat zo’n grote impact heeft op de gezondheid van je kind. Maar loslaten betekent vooral dat je een stap terugzet en hem de kans geeft om zelf verantwoordelijkheid te nemen, terwijl je hem wel ondersteunt. Probeer te accepteren dat je niet alles kunt controleren. Het is onmogelijk om altijd te weten wat hij eet of doet. Vertrouw erop dat je hem genoeg hebt meegegeven om verstandige keuzes te maken. Laat hem weten dat hij altijd bij je terecht kan. Dit kan de drempel verlagen om toch naar je toe te komen als hij ergens meezit. Het kan natuurlijk gebeuren dat je zoon een keer iets eet waardoor hij een allergische reactie krijgt en medicatie moet nemen, of dat hij vergeet zijn medicatie mee te nemen. Hoewel dit eng kan zijn, zijn dit ook waardevolle leermomenten. Het belangrijkste is hoe jullie er samen mee omgaan. Probeer niet te oordelen, maar vraag hoe dit voor hem was. Toon begrip voor zijn situatie en vraag wat hij nodig heeft. « Nadine Vousten is psycholoog bij de Koninklijke Auris Groep én heeft zelf een ernstige allergie voor ei, soja, noten, basilicum en verschillende fruitsoorten. Ook een vraag voor haar? Mail naar redactie@voedselallergie.nl ‘ Loslaten betekent dat je een stap terugneemt’

14 ALLERGIE & VOEDING INTERVIEW In gesprek met Geert Houben TEKST ANNIEK HOOGEVEEN FOTO EIGEN ARCHIEF ILLUSTRATIE ISTOCK ‘ Wij focussen op het bepalen van de drempelwaarden’ Geert Houben is principal scientist bij TNO en hoogleraar aan de Universiteit Utrecht en het UMC te Utrecht. Hij onderzoekt de effecten van voedselbestanddelen op het immuunsysteem en levensmiddelentoxicologie. Waar gaat jullie onderzoek over allergieën precies over? ‘Met ons onderzoek willen we bepalen wat de exacte drempelwaarden voor allergenen wereldwijd zijn. Een drempelwaarde is de maximale hoeveelheid van een allergeen dat iemand kan consumeren zonder dat dit gevaarlijk is. Het doel is om deze waarden te vertalen naar concentraties in voedingsmiddelen. Zo kan worden bepaald wanneer een waarschuwing op het etiket nodig is. Hierbij houden we rekening met zowel drempelwaarden als de consumptiepatronen in de bevolking.’ Wat is de rol van de WHO en FAO in dit onderzoek? ‘De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO) hebben op verzoek van de Codex Alimentarius van het internationale Voedselstandaarden-programma van de Verenigde Naties, een commissie opgericht om wereldwijde richtlijnen te ontwikkelen voor allergenenetikettering. Dit werk is sterk gebaseerd op data en methodes die door TNO en UMC Utrecht zijn ontwikkeld. De commissie heeft aanbevolen om bij het bepalen van actiegrenzen uit te gaan van de middelste consumptiewaarde, in plaats van de extreme consumptie van zware gebruikers. Deze benadering zorgt ervoor dat waarschuwingen zinvol blijven en niet onnodig veel producten worden voorzien van etiketten zoals kan allergenen bevatten.’ Waar staat het onderzoek nu? ‘We hebben veel resultaten, want het onderzoek is al in de jaren 90 gestart. Wij focussen met name op het bepalen van de drempelwaarde van allergenen. Dit is de hoeveelheid die een consument binnen mag krijgen en nog niet gevaarlijk is. Als je die dosering wil gebruiken moet je kijken naar de hoeveelheid die iemand normaal eet. Om dat vervolgens te vertalen naar concentraties in voedingsmiddelen. Dus dan moet je de maximale dosering die gezondheidskundig verantwoord is, delen door de portiegrootte van de voedingsmiddelen. En dan krijg je eigenlijk een concentratie, en dat is een actiegrens wanneer je wel

15 ALLERGIE & VOEDING of niet moet waarschuwen op het etiket. Een tweede focus van ons onderzoek richt zich op de mate van consumptie. Daarvan is nu het advies om geen extreme hoeveelheid te nemen van wat de meest extreme consument tot zich neemt. Want dan ga je weer in een worstcasescenario en dan krijg je weer elk voedingsmiddel met ‘kan allergenen bevatten.’ En met overal zo’n waarschuwing schiet de allergische consument helemaal niks op.’ Waar liggen de grootste uitdagingen in dit onderzoek? ‘Het verkrijgen van de goede data over voedselinname van verschillende landen. Diverse landen willen niet zomaar deze data delen. Deze input is wel cruciaal om de juiste internationale richtlijnen op te kunnen stellen. Daarom moeten we landen overtuigen dat dit een win-win situatie op gaat leveren. Daarnaast zijn er ook allerlei vertaalproblemen. We zijn nu ook aan het kijken naar de Chinese databank. Daar ligt een behoorlijke uitdaging omdat de tekens dermate anders zijn dan de Europese taal.' Hoe categoriseren jullie de voedingsmiddelen? ‘Het gaat om producten die gewoon in de supermarkt te koop zijn. We hebben het echt over de eindproducten die de allergische consument ook daadwerkelijk eet. Op basis van onderzoek kunnen we zien dat zo 3000 voedingsmiddelen in Nederland, kunnen worden teruggebracht via categorisering naar een veertigtal productgroepen. Zo zijn er heel veel typen brood die je in één categorie kunt plaatsen. Want uiteindelijk hoort een bepaalde hoeveelheid volkoren tijgerbrood in dezelfde categorie als een pisto- letje, wanneer het risico op kruisbesmetting én de consumptiehoeveelheid vergelijkbaar is.’ Hoe wordt de allergeniciteit van een product exact bepaald? ‘Het risico op een allergische reactie wordt bepaald door de gevoeligheid van de aller- ‘ Ons doel is om de consument beter van informatie te kunnen voorzien’ »

18 ALLERGIE & VOEDING OVER KOKEN Verrassende tussendoortjes om zelf te maken Dit fruitige koekje heeft een frisse smaak. Voor een meer zoete variant kan je de frambozen vervangen door perziken. Ingrediënten: • 1 appel (150 g) • 1 el kokosolie (10 ml) • 80 ml lactosevrije/ plantaardige melk • ½ el honing • 1 tl kaneel • 100 gr gemalen glutenvrije havermout • 100 gr glutenvrije havermoutvlokken • 140 gr (diepvries) frambozen. Of je nu een mooie lente-fietstocht maakt, op pad gaat voor een lange boswandeling of stevig gaat sporten: deze tussendoortjes uit de koker van Ellen – smakelijk gefotografeerd door Wendy - kunnen altijd mee én geven je een lekkere energieboost. POWERBALL MET FRAMBOOS EN APPEL Voor 12 minimuffins | Bereidingstijd: 55 – 60 min TEKST ELLEN LEENAERTS-SANGSTER FOTO'S WENDY VAN DER VOORT Verwarm de oven voor op 180°C. Laat de frambozen ontdooien. Schil de appel en blend deze vervolgens tot een moes. Meng alle vloeibare ingrediënten met elkaar en voeg als laatste de kaneel toe. Roer alles goed zodat er geen klontjes ontstaan. Meng de havermout erdoor en roer alles tot een romig beslag. Voeg daarna de frambozen toe. Neem een muffinbakblik en doe er bakpapiervormpjes in. Verdeel het beslag gelijkmatig over de vormpjes. Bak ongeveer 20 - 25 minuten in de oven op 180°C. Haal het bakblik uit de oven en laat de powerballs in de vorm 10 minuten afkoelen. Haal ze uit het bakblik om verder af te koelen. Bewaaradvies: in een afgesloten bak of koelkast 5-7 dagen. In de vriezer 1 maand, ontdooitijd 1 uur. »

19 ALLERGIE & VOEDING

22 ALLERGIE & VOEDING

23 ALLERGIE & VOEDING ALLERGISCH IN... Eind maart zet een shuttlebus ons in het donker af bij een hotel in het midden van het besneeuwde Noorse landschap van het nationaal park Rondane. In de verhuurruimte halen we onze langlaufski’s op en dan kan ons langlauf- en kampeeravontuur beginnen. Eigenlijk hadden we hier al uren geleden moeten zijn, maar door vertraging probeer ik nu in het schaarse licht van de buitenlampen van het hotel de bindingen te vinden van mijn langlaufski’s. Aan mijn rug hangt een backpack van zo’n 15 kilo. Daar zit alles in wat ik nodig heb om de komende zeven dagen door te komen: een lichtgewicht tent, drie slaapzakken, gevriesdroogde maaltijden, een pannetje, gas en extra thermokleding. Alles om in -15 graden te overleven. EEN GOEDE VOORBEREIDING Waarschijnlijk had je het al verwacht, maar wie wil kamperen in de winter, moet zich daar goed op voorbereiden. Zeker als je net zoals mijn vriend, een ander stel en ik Op reis met allergie Winters kamperen in de Noorse sneeuw Iedere winter verandert het nationaal park Rondane in Noorwegen in een uitgestorven landschap van sneeuw en ijs. Redacteur Yolande ging op een zevendaagse langlauf- en kampeertocht door het winterse landschap. Maar hoe doe je dat met diverse ernstige voedselallergieën? zonder georganiseerde reis op pad gaat. Het heeft ons dus ook enige voorbereiding gekost om hier in deze witte wildernis te staan. Naast dat we vooraf talloze spullen hebben moeten aanschaffen voor het kamperen zelf - zoals een lichtgewicht vierseizoenentent, extra thermokleding en warme slaapzakken - is het eten ook een belangrijk aspect van de voorbereiding. Vooral als je - zoals ik - een ernstige voedselallergie hebt voor melk, ei en noten. Ik hoor het je al bijna vragen: maar wat eet je dan ’s avonds? Je kan namelijk moeilijk pakken met pasta en rijst meenemen in je toch al zware rugtas. Dat gaat als volgt: onder je tentdoek moet je ’s avonds op een pitje sneeuw smelten en dat water doe je vervolgens in een zak met gevriesdroogde maaltijden. Deze zijn heel licht en voedzaam. Even tien minuten wachten en je hebt een lekker maaltje, zoals pasta bolognese of een curry. Ook handig aan de gevriesdroogde maaltijden is dat ik vooraf zeker weet dat ik ze mag; de ingrediënten staan tenslotte op de achterkant. Ik ben daarom ook niet bang dat het fout gaat met mijn allergieën in Noorwegen. Voor deze tocht heb ik alleen producten bij me die ik mag en bovendien kom je onderweg geen mens of horecazaak tegen. Het is alleen wij en de wildernis. Een andere uitdaging qua eten, is het aantal calorieën. Je moet genoeg eten meenemen om warm te blijven en genoeg energie te hebben om zeven dagen lang te langlaufen. Toch wil je niet dat je rugtas te zwaar is, want die weegt al vrij veel door alle kampeerspullen. De juiste hoeveelheid eten uitrekenen is voor ons een kleine puzzel. Je moet rekenen op zo’n 2.500 calorieën per dag. Van tevoren stond ik in de supermarkt met een rekenmachine in mijn hand calorieën te tellen. Een kleine greep uit ons assortiment (naast de gevriesdroogde avondmaaltijden): een grote samengestelde zak met granola, zaden, gedroogde bananen en kokosvlokken, een zak vol gedroogde worsten (veel eiwitten), een verzameling aan ontbijtrepen, ontbijtkoeken en Cup-a-Soup (voor het zout). Op de luchthaven van Oslo halen we ook nog een klein flesje whisky voor wat extra calorieën (en om warm te blijven). ONDERUIT IN DE SNEEUW Terug naar Noorwegen, naar het moTEKST YOLANDE TUMP FOTO'S EIGEN ARCHIEF, ISTOCK ‘ Wie wil kamperen in de winter, moet zich daar goed op voorbereiden’ » »

RkJQdWJsaXNoZXIy NzkyMjk=