Zoete vlinders

Zoete vlinders

6 plakjes bladerdeeg
op margarinebasis, ontdooid 
6 afgestreken eetlepels suiker
1 theelepel kaneel









Het is lang geleden dat ik in Frankrijk was, maar naast de Pain au Chocolat was de Palmier toch wel een van mijn favorieten bij de plaatselijke bakkers. Je kent ze vast wel, van die grote zoete, bros-knapperige bladerdeegvlinders. Dit jaar op vakantie in Engeland vonden we ze ook in de supermarkt... Gelukkig zonder roomboter bereid, dus Evert kon ze zeer naar zijn genoegen proberen. In Nederland kennen we natuurlijk de krakeling, die hetzelfde smaakt. Eigenlijk is dit weer zo'n typisch Hollandse versnapering: lekker, maar veel te klein. En waarschijnlijk uitgestanst met een vorm, terwijl de heuse vlinder wat meer ambachtelijke arbeid vereist. Inmiddels weet ik hoe ik ze zelf kan maken, zij het als één- of tweehapsvariant. 


Op zijn Hollands dus. Anders heb je hele hompen deeg nodig en een enorme oven. Laten we maar zeggen: klein, maar (heel) fijn! De kaneel vond ik wel een lekker herfstige toevoeging, maar voor hetzelfde geld neem je twee zakjes vanillesuiker - gebruik in dat geval 1 eetlepel suiker minder -, of de rasp van een citroen. De koekjes staan binnen een half uur op tafel en zijn zowel warm als koud heerlijk. Ik deed ze eenmaal afgekoeld in een trommel, waar ze 's avonds een klein beetje minder knapperig (maar nog steeds smakelijk) uit kwamen. Gewoon lekker opeten dus, als je ook voor dat heerlijk brosse mondgevoel gaat.

Verwarm de oven voor op 200 graden. Maak van de zes bladerdeegplakjes een lap van twee bij drie. Leg ze daarvoor met een minimale overlap tegen elkaar en wrijf de de naden met wat water dicht, gewoon met je vinger. Meng suiker met kaneel en strooi de helft van dit mengsel over de deeglap. Verspreid goed over de oppervlakte en rol even met een deegroller, zodat het erin vast wordt gedrukt. Maak de deeglap voorzichtig los van het werkblad en keer hem om met de besuikerde kant naar beneden. Verdeel de rest van de kaneelsuiker over de lap en rol nog een keer 'vast'. Begin nu met het 'oprollen': vouw beide lange zijden een centimeter of drie naar binnen. Herhaal dit nog een keer, als het goed is raken de randen elkaar nu in het midden. Vouw nog eenmaal op elkaar, zodat er 1 lange deegsliert overblijft. Rol deze een beetje uit, in de lengte. Nu kun je er zo'n 30 plakjes van snijden, elk een cm breed. 
Beleg een bakplaat met bakpapier en leg de plakjes met de zijkant omhoog met wat ruimte ertussen, zodat ze uit kunnen zetten; vier rijen van 7 stuks moet lukken. Als je er van bovenaf op kijkt, moet je dus de verschillende lagen zien. Bak de koekjes 16 minuten in de oven en laat ze afkoelen op een rooster. Presenteer ze met de onderkant naar boven, want daar is de suiker mooi gecaramelliseerd! 

 

 

Waardeer dit blogbericht:
1
Aardappelpizza met paddenstoelen
Pompoencakejes

Gerelateerde post